maandag 3 december 2012

Roerende-zaakbelastingen watervilla en havengeld boten en schepen.


In de commissie Bestuur&Middelen van 29 november 2012 is door de heer H. van de Mheen van de LDP een vraag gesteld naar aanleiding van het raadsvoorstel 833 "Belastingtarieven 2013".
VRAAG/onderwerp: "Systematiek belasting op watervilla’s ten opzichte van jachten waar mensen wonen.
Ontstaat er geen rechtsongelijkheid?"

Wethouder Koops heeft als tijdelijk vervanger van wethouder Nagel toegezegd hierover te zullen rapporteren vóór de raadsvergadering van 13 december 2012. Hierbij het antwoord.

Roerende-zaakbelastingen
Gebaseerd op artikel 221 van de Gemeentewet kan de gemeente een roerende ruimte belasting voor woonruimten heffen (roerende zaak belasting) van de eigenaar van o.a. een watervilla.
De gedachte achter deze belasting is dat deze eigenaren ook belang hebben bij collectieve voorzieningen die de gemeente hen biedt. Peildatum voor deze heffing is 1 januari van een kalenderjaar.

Havengeld
Gebaseerd op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Gemeentewet, kan de gemeente een havengeld heffen van een gebruiker van een ligplaats of voor het voor anker gaan in een haven.

Verschillen
De ligplaats voor de heffing van een roerende zaakbelasting is gebaseerd op het uitgangspunt dat sprake is van een permanent karakter. Dit blijkt veelal uit de benodigde omgevingsvergunning voor de watervilla welke wordt geplaatst aan meerpalen, de aanwijzing voor een formele ligplaats, rioolaansluiting en elektra. Ook de inschrijving van bewoners in de gemeentelijke basisregistratie personen kan een aanwijzing zijn van permanente bewoning.

De ligplaats voor de heffing van havengeld is gebaseerd op het uitgangspunt dat sprake is van een tijdelijk karakter. De bestemming van een haven is niet bestemd als woongebied. Verder ontbreken eerdergenoemde voorzieningen, zoals vermeld in de vorige alinea. Overigens zou er sprake kunnen zijn van illegale bewoning van schepen in de haven, ook zonder dat sprake is van de relevante voorzieningen. In dat geval wordt bij constatering handhavend opgetreden door de afdeling RO&V.

Verder kent de verordening havengelden wel tarieven voor woonarken. Deze tarieven variëren van dagtarieven, weektarieven, kwartaaltarieven tot jaartarieven. In beginsel hebben deze tarieven een tijdelijk karakter. Verder zijn deze woonarken niet vast bevestigd aan meerpalen, waardoor een omgevingsvergunning achterwege kan blijven. Het karakter van het verblijf is hierdoor niet permanent.

Conclusie
Beide heffingen hebben in beginsel een ander fiscaal uitgangspunt en zijn niet met elkaar vergelijkbaar. Van rechtsongelijkheid kan dan ook geen sprake zijn.

(Bron: Gemeente Bunschoten)

vrijdag 30 november 2012

Zelfstandigheid daar moeten we voor blijven knokken.

 
De gemeente Bunschoten zal nog alerter moeten zijn op bewegingen en besluiten die gemeentelijke schaalvergroting in de hand kunnen werken.
De tekst in het regeerakkoord, “We nodigen provincies uit om met gemeenten initiatieven gericht op vergroting van de gemeentelijke schaal te bespreken”, betekend nog niet dat we onze zelfstandigheid zomaar op korte termijn kwijt zullen raken.


Er is voor de voorstanders nog een lange weg te gaan en ik beloof ze een weg die onbegaanbaar is. Besluitvorming moet nog plaatsvinden en Provincies moeten bestuurlijk worden hervormd. Bekent is al wel dat de provincies Noord Holland, Utrecht en de Flevoland samengaan en dat er over de Noordoostpolder later wordt besloten. Ik vermoed dat eerst deze stap in het proces moet worden genomen en dat er dan pas kan worden gesproken over hoe we omgaan met de gemeenten.

En zou het in de jaren toch worden opgelegd en worden we gedwongen wat niet erg democratisch zou zijn, dan in ieder geval geen Amersfoort want dan weet je zeker dat we worden opgeslokt. Dan valt de keuze om strategische redenen op Nijkerk en Zeewolde. Want de kans is dan veel groter dat we het eiland in de groene zee blijven en onze cultuur in stand kunnen houden.

Het uitgangpunt van de LDP Bunschoten Spakenburg is dat we zelfstandig blijven.
Ondergetekende zit ook in de stuurgroep die de richting aangeeft betreffende de bestuurlijke toekomst van de gemeente Bunschoten. En als een lokale, hier geboren en getogen Bunschoter zal ik me blijven inzetten voor die zelfstandigheid.

Daar zit niets tussen.
De plaatselijke cultuur en de gebruiken moeten worden verdedigd en die laten we niet (nooit) zonder slag of stoot los. Het laatste woord hierover is nog niet gesproken.
Er zijn meer wegen die naar Rome leiden en annexeren hoort daar niet bij.
Maar voorlopig maak ik me nog niet zenuwachtig, dit gezien de lange weg die nog is te gaan.

Veerpont Eemdijk


 
De vraag of de veerpont op Eemdijk ook op zondag moet varen is niet zomaar in één zin te beantwoorden. Het bericht kwam voor mij als een donderslag bij heldere hemel en het onderwerp was dus onbekend. Navraag heeft duidelijk gemaakt dat de pont voor het deel kaartverkoop wordt beheerd door twee burgers zij houden de pont in de vaart en dit doen ze op eigen risico.


De gemeente zorgt voor het onderhoud en komt jaarlijks enige tienduizenden euro’s  tekort aan deze plicht en faciliteit

Dan blijft de vraag nog over in hoeverre de gemeente zeggenschap heeft over de mate van bedrijfsvoering. Zijn er bijvoorbeeld afspraken gemaakt over opening en sluitingstijden?
Ja, er zijn in overleg afspraken over de tarieven en over het wat nu ter sprake komt, de opening en sluitingstijd.

We moeten ons ook eens afvragen of het een vraag is van Eemnes of dat het een eis is?
Dat is niet zo. Er is door de wethouder ambtelijk overleg geweest en in het kader van de bezuinigingen is gevraagd of Eemnes interesse heeft om de pont voor een deel mede te bekostigen. Eemnes heeft wel de vraag gesteld maar niet de eis gesteld om op zondag open te gaan. Eemnes is wel coulant geweest en heeft wel een structurele bijdrage toegezegd en dit opgenomen in hun begroting.

Naast de principiële kwestie die meeweegt komen bij mij wat meer vragen op die betrekking hebben op het zakelijke aspect. Wat is de meerwaarde in financiële zin van een zondagopening of kost het alleen maar geld? Ik denk niet dat het verstandig is om de pont op de zondag te exploiteren. De exploitatie van de pont kost de gemeente jaarlijks al geld en de geschiedenis heeft geleerd dat de zondag geen positieve exploitatie laat zien.
Dus alles meewegende zeg ik niet doen. Hier zit niemand op te wachten.

Eén ding is ook zeker, ik ben zelf niet voornemens gebruik te maken van de veerpont op zondag. Als ik dan toch een stukje ga rijden met de auto, of ga fietsen, dan neem ik daar de tijd voor en wil in ieder geval ook genieten van het stuk Eemdijk richting Baarn en Eembrugge.

Motie LDP Bunschoten voor VV Eemdijk haalde het niet.


De LDP Bunschoten Spakenburg diende tijdens de begrotingsraad een motie in. In de motie werd gevraagd om een tijdelijke stopzetting van de huur voor de velden van de V.V. Eemdijk. De motie moest de druk op het college vergroten om de velden van de V.V. Eemdijk met spoed kwalitatief te verbeteren.



De motie werd gesteund door het raadslid dhr. Van Diermen van de CAP, die anders stemde dan zijn fractiegenoten die tegen de motie stemde. Ook de CU het CDA en de VVD stemde tegen. De SVP moest om redenen verstek laten gaan.

De motie van de LDP voor de V.V. Eemdijk, die de druk op het college moest verhogen werd niet door de meerderheid van de raad aangenomen. De mooie woorden van enige tijd geleden blijken geen waarde te hebben en zelfs een beetje druk op het college om iedereen tevreden te stellen werd niet gehonoreerd door deze partijen. 

De prijs zou (tijdelijk) ongeveer op een € 625,00 per maand komen. Zou de gemeente haast maken dan kan de "schade" beperkt blijven. Deze kosten moeten de V.V. Eemdijk compenseren in het omzetverlies wat ze de laatste jaren lijden door de vele afgelastingen.
Een eerlijke motie als je ziet wat deze motie zou kunnen veroorzaken.
Namelijk versnelt een oplossing voor de velden zoeken en de uitvoering snel realiseren.

Ook is de vraag gesteld of de vereniging Eemdijk extra moet betalen voor het gebruik van het gebruik van het rugbyveld. Iedereen die deze vergadering afluistert zal merken dat er na herhaaldelijk aandringen een onduidelijk antwoord wordt gegeven. De wethouder had gewoon kunnen zeggen "ja, ze betalen daarvoor een extra bedrag". In ieder geval is dat het bericht wat ik heb gehad vanuit de vereniging. Dan zou je toch ook denken dat door het beperkte gebruik van de eigen velden een bedrag in mindering wordt gebracht, dat zou reëel zijn. Dit ook gezien de omzet reducering zou dit redelijk zijn, omdat er regelmatig wordt afgelast.
Maar dit blijkt niet het geval te zijn. In ieder geval is het duidelijk dat er tegenstellingen zitten in het hele verhaal en er meer openheid nodig is om alle details op tafel te krijgen. Uitstel en je wegdraaien van het probleem heeft voor de gemeente geen zin. Als het niet goed is komen de kosten toch. Je kan een post onvoorzien voorkomen, maar dan moet je wel realistisch gaan kijken naar het probleem. Dit geldt voor alle partijen. En daarbij kosten professorische oplossingen ook geld maar lossen voor de lange termijn niets op.

De gemeente weet dat een ondeugdelijke drainering de hoofdoorzaak is die er voor zorgt dat de velden niet optimaal zijn. Ze hebben geprobeerd om voor de start van de competitie een noodverband aan te leggen door leidingen door de ondergrond te schieten. Dit lukte niet omdat de grond te hard was. Iets wat duid op de aanwezigheid van kleigrond wat het water niet goed doorlaat.
Ook weggegooid geld als je weet dat een goed werkende drainering een goede ondergrond met een goede opbouw nodig heeft. Inmiddels lijkt het dat er al ruim € 20.000 extra is gespendeerd maar het blijkt dat er ondanks deze inzet weinig vooruitgang is geboekt.

Ook moet een betrouwbare overheid zorgen dat zij de wet respecteert.
We weten ook dat er in het Burgerlijk Wetboek onder huurrecht een tekst is opgenomen " De verhuurder is verplicht het goed in alle opzichten in goede staat van onderhoud te leveren".
En dat blijkt nu niet zo te zijn. Waar dit op uitloopt en hoeveel het college nog wil spenderen om de poreuze band te plakken is nog onbekend. Een goed plan presenteren lijkt me in ieder geval beter om de schade te beperken en daarmee gelijk te voldoen aan je verplichting.

maandag 19 november 2012

Geuronderzoek Bunschoten

Nieuwsbrief geuronderzoek Bunschoten


Binnenkort start in opdracht van de provincie  een zogenaamd geuronderzoek in Bunschoten. Dit onderzoek wordt uitgevoerd naar aanleiding van geurklachten op en rondom bedrijventerrein Zuidwenk. Om de direct betrokkenen en belangstellenden goed op de hoogte te houden, zullen we de komende tijd minimaal drie nieuwsbrieven over dit onderzoek en het verloop ervan versturen.
In deze eerste nieuwsbrief informeren wij u over de opzet van het onderzoek en wat er precies gebeurt tijdens het onderzoek.


Het is een open deur: geur neem je waar met je neus. Ruiken is nu eenmaal een zintuiglijke eigenschap. Een apparaat kan dat niet voor ons doen, want een apparaat kan misschien wel de aanwezigheid van allerlei stoffen meten, maar weet niet wat dat voor geur veroorzaakt bij ons. Daarom bestaat de basis van elk geuronderzoek nog steeds uit het gewoon ruiken door mensen. In de praktijk zijn dat zogenoemde ‘geurpanels’, die op een officieel gestandaardiseerde wijze in een laboratorium ruiken aan geurmonsters of rechtstreeks buiten in het veld geurwaarnemingen doen.


Geurpanels

Voor het onderzoek in Bunschoten worden ook geurpanels ingezet. Dit zijn enkele ervaren onderzoekers van Witteveen+Bos (voor meer informatie over Witteveen + Bos: www.witteveenbos.nl ) die de komende twee maanden heel regelmatig op en rond het bedrijventerrein gaan ‘snuffelen’. Ze doen dit steeds op een systematische wijze, door geurpluimen windafwaarts van de (mogelijke) bron te benaderen. Ze kunnen verschillende geuren onderscheiden en zo vaststellen van welke plaats welke geur komt én ook hoe sterk die is. Zo kunnen de belangrijkste bronnen worden opgespoord, op een objectieve manier. Deze methode wordt vaak toegepast in Nederland.

Er is helaas één nadeel aan deze methode. De panels kunnen natuurlijk niet continu aanwezig zijn. En geur komt bij bedrijven niet altijd continu vrij. Het zijn vaak tijdelijke geurpieken, soms maar enkele minuten of enkele uren. Die overigens heel hinderlijk kunnen zijn. De oorzaak is soms een storing of een andere afwijking in een proces van een bedrijf. De kans is dus aanwezig dat de geurpanels deze pieken net missen. Daarom zal ook worden geprobeerd om bijvoorbeeld bij klachten snel ter plaatse te zijn om dan de metingen uit te voeren.

Elektronische neuzen

En om die geurpieken toch zoveel mogelijk te kunnen opsporen, gaan we daarnaast nog iets nieuws doen. We gaan meetapparaten gebruiken en neerzetten: zogenaamde ‘elektronische neuzen’. Die hebben het voordeel dat ze continu aanwezig kunnen zijn.
Maar hoe kan een elektronisch apparaat nu ruiken?
Zoals we eerder meldden: eigenlijk kan alleen onze neus dat.
De elektronische neuzen meten dan ook geen geur, maar meten veranderingen in de samenstelling van de lucht. Om dat te kunnen doen is zo‘n elektronische neus opgebouwd uit verschillende sensoren, die allemaal verschillend reageren op stoffen in de lucht.

Zo geven ze steeds een patroon van signalen. In het geuronderzoek in Bunschoten wordt nagegaan of de elektronische neuzen ‘getraind’ kunnen worden op de geuren die we daar waarnemen. De geurpanels nemen de elektronische neuzen mee in het veld en kijken zodra ze wat ruiken of er dan óók bij de neuzen bepaalde patronen zijn te herkennen. Als dat lukt, dan kunnen later de elektronische neuzen worden gebruikt om continu op die patronen te letten.

Deze methode is nog erg nieuw en is de afgelopen jaren getest door de DCMR (www.dcmr.nl) in Rijnmond. Daar heeft het goed gewerkt, maar de typische geuren komen daar van de chemische industrie en zijn dus anders dan in Bunschoten. Als de elektronische neuzen ook in Bunschoten de geuren kunnen onderscheiden, scheelt dat veel werk. Anders zullen het toch de echte neuzen zijn, die de duidelijkheid moeten geven.


U kunt zich via de website van de provincie Utrecht (www.provincie-utrecht.nl ) abonneren op deze nieuwsbrief. Vul daarvoor uw email in en we zorgen ervoor dat de volgende nieuwsbrief in uw mailbox valt.

dinsdag 13 november 2012

CDA en VVD in gemeenteraad Bunschoten willen verenigingen financieel extra belasten.

Bunschoten heeft een rijk verenigingsleven. Iets wat goed is voor  een samenleving.
De sociale contacten bloeien op en sport en spel zijn goed voor lichaam en geest. De LDP steunt dit verenigingsleven. Het komt ten goede aan onze eigen burgers, en dat mag dan ook worden gesteund. Uiteindelijk is het goed voor de plaatselijke maatschappelijke en sociale ontwikkeling. En als zelfstandige gemeente heb je dit ook nodig. 

De verenigingen betalen voor de accommodatie die ze hebben.
Of dit nu een zaal is of een voetbalveld of een bak met water zoals de  watersportvereniging dit noemt, iedere vereniging krijgt de kans om hun hobby uit te oefenen. Dit wordt gemeentelijk ondersteund door directe en indirecte subsidies. Het laatste kun je opvatten als het leveren van diensten of faciliteiten zoals ondersteuning in het onderhoud.
Kortom, zie het als een korting en een ondersteuning m.b.t. de kosten van een accommodatie.
En uiteindelijk heeft een verhuurder (in dit geval de gemeente) ook de plicht om de zaak die ze verhuren, functioneel in stand te houden. Deze (deel) steun werk hieraan mee.

De VVD en het CDA wilden deze indirecte directe subsidies tijdens de behandeling van de begroting verminderen. Dit door middel van een VVD amendement m.b.t. de directe en indirecte subsidie, en een CDA motie die betrekking had op het verminderen van de indirecte subsidie.
Het CDA merkte dat de steun van de gemeenteraad er niet was en trok de motie verstandig in, maar het enige fractielid van de VVD, De Boer, probeerde de korting via zijn amendement toch eigenwijs door te zetten.

Gelukkig voor de verenigingen in de gemeente Bunschoten werd er (zelfs door het CDA) tegengestemd en werd dit amendement naar de prullenbak verwezen. De korting die dit amendement teweeg had gebracht zou de verenigingen 2% kosten van de som van de verleende indirecte en directe subsidies. Vreemd was ook dat er niet werd nagedacht over het feit wie hier uiteindelijk voor op zou moeten draaien.
Sport is voor sommige mensen al niet betaalbaar en juist deze mensen zouden op de eerste plaats worden getroffen. Vaak mensen die door een minimum inkomen al worden geholpen om mee te doen aan het verenigingsleven.
En verder zouden alle leden van de verenigingen hiervoor op moeten draaien.
Deze korting zou dus een indirecte belasting worden voor de vele leden die lid zijn van een vereniging in de gemeente Bunschoten.

Het CDA had een motie ingediend die de korting op de indirecte subsidies moest veroorzaken. De verenigingen zouden door deze korting naar rato veel in moeten leveren.
Het onderhoud moest maar meer door vrijwilligers gebeuren vonden ze.
Blijkbaar weten ze totaal niet wat deze vrijwilligers bij de plaatselijke sportverenigingen al doen. De vrijwilligers houden de verenigingen al in stand mag je wel stellen. Zonder deze mensen is er geen verenigingsleven. Het zijn de mensen die onbezoldigd met hun hele ziel en zaligheid dit maatschappelijk doel steunen.

En daardoor zou ook de continuïteit van het onderhoud in gevaar komen omdat je de vrijwilligers niet kan verplichten om gebouwen en velden te onderhouden. Leuk en fijn dat ze er zijn, maar je mag niet alles van ze verwachten. 

Blijkbaar missen de bedenkers van dit soort moties en amendementen iets, en dat is het gevoel van saamhorigheid en het gemeenschappelijke betrokken zijn. En lijken ze niet bereid om de consequenties daarvan te dragen. Liever elk voor zich lijkt het.
Ook lijkt het erop dat scoren op politiek niveau een hogere prioriteit heeft dan nadenken over de gevolgen, namelijk het feit dat het weer ten koste gaat van onze eigen burgers.

Een blunder dus om het maar eens in sporttermen te benoemen, een blunder die grote gevolgen zou kunnen hebben voor het plaatselijk verenigingsleven. Maar blijkbaar hebben deze lieden niet zoveel op met de plaatselijke verenigingen en willen ze de burger op die manier ook maatschappelijk uitkleden.

donderdag 18 oktober 2012

Ontwikkelingshulp en de belangen.

De VVD wil de bijdrage aan ontwikkelingshulp verlagen. De huidige gift aan deze post is 4,4 miljard.
De tekorten die ontstaan door de economische crisis dwingen partijen om ook deze post niet te ontzien.
Want iets wat je niet hebt, kan je ook niet uitgeven.
De VVD heeft dit goed gezien. We hebben het hier nu hard nodig om onze eigen burgers van werk en inkomen te voorzien.

Kortom, de keuze om onze eigen economie steunen heeft deze partij doen besluiten om eens stevig te sleutelen aan een post die bij verschillende partijen blijkbaar voor de eigen burgers gaat.

De in maart 2012 uitgelekte brief waarin onder anderen oud-premier Ruud Lubbers en de oud-ministers Hans van den Broek en Ernst Hirsch Ballin stelling nemen tegen een korting op ontwikkelingshulp, blijkt te zijn ingestoken door de Nederlandse hulpindustrie.
Organisaties als Cordaid, Icco en Woord en Daad vrezen vele miljoenen overheidssubsidie mis te lopen. Cordaid moet al bijna de helft van het aantal banen in Nederland schrappen als gevolg van een eerdere bezuiniging door het kabinet.  Algemeen directeur René Grotenhuis van Cordaid besloot daarom samen met enkele collega’s in de aanloop naar het Catshuisberaad om de druk op CDA-onderhandelaars Maxime Verhagen en Sybrand Van Haersma Buma op te voeren.

Dit tegen de wil van CDA kiezers in.  dit bleek uit een onderzoek in  maart van het televisieprogramma Eenvandaag. Ruim de helft van de CDA-kiezers wil fors bezuinigen op de ontwikkelingshulp. Van de ondervraagden is 58 procent voor het verlagen van het budget voor ontwikkelingshulp naar 0,6 procent van het bruto binnenlands product, concludeert deze peiling.

Het vorige kabinet had het budget voor ontwikkelingshulp al teruggeschroefd van 0,8 naar 0,7 procent van het bbp. De EU-landen hebben dit percentage als norm gesteld.
Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Ben Knapen (CDA) beloofde in november 2011 nog dat het kabinet niet verder zal bezuinigen op ontwikkelingshulp. "Ik hecht aan internationale afspraken", zei hij toen. Inmiddels heeft een relatief klein deel van de leden toch tegen een verlaging van de ontwikkelingshulp gestemd en lijkt het erop dat de echte CDA kiezers door deze relatief kleine groep die hun kiezer voor het gemak en een stuk vermeend eigenbelang, buiten is gesloten en in zijn hemdje is gezet.
Inmiddels is duidelijk dat het CDA daar de zure vruchten van heeft geplukt.

Onder de bevolking bestaat blijkens de peiling geen taboe meer op verdere bezuinigingen op de hulp. Van de 25 duizend ondervraagden is tachtig procent voor verlaging naar 0,6 procent. Er is zelfs een ruime meerderheid van 67 procent voor een nog verdere verlaging vanaf 2014. Ook zij geven aan dat, als je het geld niet hebt je het dan ook niet kan uitgeven.

Als je dan leest wat er is gelobbyd om ervoor te zorgen dat er niet op deze post wordt bezuinigd vraag je je als burger af wie er nu baat bij heeft om de uitgaven aan deze post extreem hoog te houden. Blijkbaar spelen individuele belangen hierin een grote rol.
Een brief die is uitgelekt en naar de onderhandelaars is verstuurd werd door enkele CDA prominenten getekend. Namelijk door de de oud-ministers van Buitenlandse Zaken Bot, Van den Broek en Kooijmans, oud-premier Lubbers, de oud-ministers voor Ontwikkelingssamenwerking Van Ardenne en Bukman en de oud-bewindslieden Deetman, Hirsch Ballin en Van Gennip. Wat zou voor deze mensen de drijfveer zijn geweest?

Microsoft-oprichter Bill Gates was ook één van de lobbyisten. Zoals bekend had ook hij zich tot Mark Rutte gewend om te voorkomen dat Nederland op ontwikkelingssamenwerking zou bezuinigen.
Rutte schreef hem een brief terug van drie forse alinea's waarin hij uitlegt dat hij niet kan reageren op het verzoek van Gates.
Zijn laatste zinnen: "Ik waardeer uw zorgen echter zeer en heb het grootste respect voor uw inspanningen en vernieuwende benadering op het gebied van armoedebestrijding. Het onderstreept onze gezamenlijke inspanningen mensen uit de armoede te verheffen, en de gezamenlijke publieke-private verantwoordelijkheid daarvoor".(Bron NOS en vertaling door diens red.).

De lobbyisten club BVPA (Beroepsvereniging voor Public Affairs), vindt dat Public Affairs een vak is dat volgens de beroepsvereniging in alle openheid bedreven wordt.
Integriteit, competentie en vertrouwelijkheid zijn volgens de Beroepsvereniging voor Public
Affairs de basisprincipes voor het leveren van PA van niveau. BVPA houdt er een heel handvest op na. http://www.hvdm.nl/wp-content/uploads/Handvest_BVPA.pdf

Maar zouden de bovenstaande lobbyisten met vaak individuele (club) belangen dit handvest ook respecteren?

Ook zijn er mensen die vinden dat er niet mag worden geschaafd aan de ontwikkelingshulp.
Zij vinden vooral dat je ook voor je medemens wat over moet hebben.
En in dat laatste hebben ze gelijk. Maar helaas dragen ze oogkleppen en zien niet of willen niet zien dat de armoede hier in ons eigen land stijgt. De voedselbanken kunnen het niet aanslepen en deze stijgen niet in aantal omdat het zo goed gaat.
Of zouden ze denken van wel?

Ook zal de financiële crisis meer mensen meeslepen in de financiële nood.
De samenleving dreigt te verarmen en dat heeft zijn aanpak nodig.
Met het geld kunnen we de economie ondersteunen. We kunnen werk creëren en zorgen dat mensen die momenteel van een uitkering leven weer werk krijgen. Uiteindelijk is werk beter als een sociale herziening. En zou het weer beter gaan met de grote groep die tussen wal en schip dreigt te raken dan zou het zomaar kunnen zijn dat deze mensen ook weer kunnen en willen geven aan anderen die het nodig hebben. Want zo hoort het.

Uiteindelijk hebben onze eigen burgers het eerste recht en moeten we helaas eerst zorgen voor onze eigen bevolking. Als we dit niet zouden doen, dan zou het zo kunnen lopen dat er straks helemaal geen financiële ruimte meer is om te geven. En laten we, voordat we wat geven eerst kijken aan wie we het geven. Want niemand in Nederland die belasting betaald zit te wachten op de zogenaamde zakkenvuller die beter wordt van deze nodige giften aan ontwikkelingshulp. Dit over de rug van de mensen die het hard nodig hebben.

dinsdag 9 oktober 2012

Liberaal Democratische Partij Bunschoten - Spakenburg

 LDP      Liberaal Democratische Partij            
                Bunschoten-Spakenburg


Persbericht:
9 oktober 2012
Henk van de Mheen gaat door. Hij heeft een nieuwe partij het daglicht laten zien in de gemeenteraad van de Gemeente Bunschoten.
Het is een partij die een samenleving respecteert en zich wil inzetten voor de burgers.
De naam van de partij is de Liberaal Democratische Partij Bunschoten –Spakenburg.
Ik ga door op de weg die ik ben ingeslagen en ik wil het gevoel van de burger respecteren. Uiteindelijk komen daar mijn kiezers vandaan. Als geboren Bunschoter weet ik wat er speelt in onze gemeenschap. De manier van politiek voeren die wordt gerespecteerd door de kiezers zal ik voortzetten met deze partij. Dat betekend dat we ons constructief zullen inzetten voor deze gemeenschap maar kritisch zullen zijn op zaken die slecht zijn voor en de gemeenschappelijke zaak schade kunnen toebrengen.
Ik neem afstand van politici die er zitten voor hun eigenbelang. Ik zal mezelf zijn en het doen zoals ik altijd heb gedaan, en me ten dienste stellen van de gemeenschap.
Het algemeen belang heeft daarbij voorrang. Ik wil iedereen recht in zijn ogen kunnen aankijken en zoals al veel burgers weten zal ik me voor hen blijven inzetten.
Persoonlijke belangen toets ik aan het algemeen belang, maar waar onrecht is zal ik ze bijstaan. Geen politiek over de rug van de kiezer maar politiek voeren voor de kiezer en voor ze door het vuur gaan zal het motto van de partij zijn. Jammer dat dit gevoel bij veel politici ontbreekt. Maar hiermee onderscheid ik me dan ook. Er moet verschil zijn.

Enkele aandachtpunten van de LDP Bunschoten-Spakenburg:
De LDP is voor een financieel sterke gemeente en wil alles wat dit in de weg staat aanpakken. Uiteindelijk is een zelfstandige gemeente gebaat bij een gezond financieel beleid.
De LDP vindt ook dat we, als er sprake is van nodige bezuinigingen dat we moeten snijden in uitgaven en dus de tering naar de nering moeten zetten en het niet moeten zoeken in belasting verhoging. Uiteindelijk kan de burger ook niet meer uitgeven dan dat ze in de portemonnee hebben.
Ook is de LDP voor een sociaal en rechtvaardige gemeente. We willen geen betutteling.
De gemeenschap moet zijn eigen kracht behouden. Ook willen we meer doen om de woningverkoop te stimuleren in deze tijd van crisis. En ons daarvoor actief inzetten.
Starters op de woningmarkt moeten meer kansen krijgen. En wij vinden dat de plaatselijke bedrijven de kans moeten krijgen om zich plaatselijk te kunnen inzetten.
Bureaucratie willen we tegengaan en onnodige verordeningen mogen worden geschrapt.
We moeten meer doen om ondernemers te stimuleren om zich hier te vestigen. Dit is weer in het belang van de plaatselijke werkgelegenheid. En waar werk is, is ook koopkracht.

LDP      liberaal Democratische Partij
                  Bunschoten-Spakenburg

Met vriendelijke en liberale groet,
Henk van de Mheen
Fractievoorzitter LDP, Bunschoten -Spakenburg.

vrijdag 5 oktober 2012

Verhoging AOW leeftijd verdient ook aanvullende maatregelen

Verhoging AOW leeftijd verdient ook aanvullende maatregelen
Het sneller verhogen van de AOW leeftijd verdient zeker aanvullende maatregelen. De politiek weet dat er veel oudere werknemers (vanaf +45) die nu gebruik maken van een WW uitkering niet gemakkelijk aan het werk komen.

Deze oudere werknemers hebben vaak een eigenvermogen opgebouwd. Komen ze niet aan het werk dan zullen ze een groot deel daarvan mogen “opeten” voordat ze op termijn gebruik willen maken van een bijstandsuitkering.

Het gemiddelde vermogen onder de Nederlanders zal daardoor sterk verlagen en dit zal deze staat verarmen.
Ook de Nederlandse gemeenten zullen hier onder gaan lijden. Het lijkt op dit moment nog niet zo te zijn dat er meer aanvragen zijn voor een bijstandsuitkering. Maar een nuchtere berekening leert dat gezien de verwachting m.b.t. de duur van de crisis de aanvragen tussen nu en twee jaar wel zullen oplopen. Dit betekend dan ook dat de gemeenten hun bijdrage aan deze uitkering moeten verhogen en dat zal nog meer lasten teweeg brengen voor de burgers.
Uiteindelijk zullen gemeenten kiezen voor een sterke verhoging van de ozb om dit te kunnen betalen. De kans dat het Rijk extra middelen aanreikt is namelijk zeer klein. Een reactie hierop zal zijn dat o.a. de koopkracht zal dalen waarop het gevolg zal zijn dat door een aansluitende negatieve kettingreactie de economie extra wordt getroffen. Minder kopen is ook minder inkomen voor de ondernemers en daaraan relevant is de werkgelegenheid. 

Een volgend probleem zal zich voordoen op de woningmarkt. Veel oudere werknemers hebben zoals al is beschreven een mooi eigen vermogen opgebouwd. Dit ook doordat ze een eigenvermogen in de vorm van een huis in bezit hebben. Dit huis zal na aanvraag van een Bijstandsuitkering dan ook opgegeten moeten worden en daarbij zullen velen het huis niet meer kunnen betalen. Daardoor lopen de schulden op en zullen de huizen te koop worden aangeboden.

Het grote aanbod van huizen zal de huizenprijzen dusdanig negatief beïnvloeden en dit zal leiden tot een overschot aan woningen. Soms voor sommige een kans maar door een afnemende conjunctuur zal dit er toe resulteren dat veel huizen niet verkocht worden.
Bij de banken zullen de schulden oplopen en de executiewaarde die al naar beneden is bijgesteld zal eerder bereikt zijn. Waardoor ook de banken in veel gevallen hun verlies moeten nemen.

Het is dus een zorg dat deze grote groep oudere werknemers aan het werk blijft.
Er zal veel van afhangen. Want zijn er geen inkomens meer en verlagen de vermogens dan zal ook het Rijk minder belasting kunnen heffen.
Ik wens de politiek dan ook veel wijsheid toe. Regeren is vooruit zien zeggen we weleens.
In dit geval zal dit hard nodig zijn.

dinsdag 2 oktober 2012

Gemeente Bunschoten. Wordt de VRU (Veiligheids Regio Utrecht) duurder?

De Wet veiligheidsregio’s, ingevoerd in 2010, bepaalt dat iedere regio een
dekkingsplan (spreiding van materiaal, kazernes en brandweermensen) voor
de brandweer moet hebben dat onder andere gebaseerd is op het
risicoprofiel van de regio, inclusief de brandrisico’s.
Hiermee wordt de kwaliteit van de brandweerzorg verzekerd.
Volgens de wetgeving stelt het algemeen bestuur van de veiligheidsregio het dekkingsplan vast zonder formele inspraak van de gemeenteraden.


De inbreng van zowel de raden als het college van burgemeester en wethouders is indirect en loopt via de burgemeester, die deel uitmaakt van het algemeen bestuur van Veiligheidsregio Utrecht.
De formele inspraak van de raden is geregeld in het actualisatieproces van het risicoprofiel, dat als basis dient voor het beleids- en dekkingsplan.
In uitzondering hierop heeft het Algemeen Bestuur van de VRU aangegeven het belangrijk te vinden in dit stadium van het project ook de raden te informeren en te betrekken bij de vaststelling van de bestuurlijke uitgangspunten.
Dit als korte impressie die via de raad van de gemeente Amersfoort is gegeven.

De raad in deze gemeente moest zich uitspreken over een zestal peilpunten.
Peilpunt 2 viel me op en luid als volgt.
2. Het bestuur kiest er voor om de financiële effecten van de invulling van
het regionaal vastgestelde veiligheidszorgniveau gezamenlijk te dragen
en te delen.

Wat gaat dit betekenen voor de gemeente Bunschoten? en waarom hebben wij hierover nog niets gehoord?
Het blijkt dat er binnen de VRU 7 financiële verdelingssenario's zijn zoals in de tabel zijn weergegeven.
In Bunschoten is altijd gezegd dat het opgaan in de VRU geen extra kosten met zich mee zou brengen.
Helaas geeft deze tabel een heel ander beeld.

gemeenterekening 2011begroting 2012inwoners 1-1-12begroting 2013per inw. nu60,52 per inw. 2013
Amersfoort7.866.9237.972.806148.2308.105.40354,688.970.879
Baarn1.461.6251.482.92324.3631.499.54261,551.474.448
Bunnik868.411881.66314.446891.60261,71874.271
Bunschoten976.329990.95620.2041.004.98949,741.222.746
De Bilt2.348.4552.382.80642.0822.409.41757,252.546.802
De Ronde Venen2.376.4182.413.07242.9942.437.84656,702.601.996
Eemnes591.276600.1168.825606.91568,77534.089
Houten1.851.1311.879.21748.3161.908.36439,502.924.084
Ijsselstein1.401.2281.422.44634.2571.437.36141,962.073.233
Leusden1.338.5591.358.52428.9031.374.19647,551.749.209
Lopik856.586913.59814.050922.27065,64850.306
Montfoort736.908851.64713.606863.77763,49823.435
Nieuwegein3.050.1623.093.37360.7123.123.53051,453.674.290
Oudewater603.828625.0619.849632.48864,22596.061
Renswoude328.158333.4394.827341.07470,66292.130
Rhenen1.103.8011.120.75219.0601.137.23759,671.153.511
Soest2.533.4022.571.00045.5982.597.68156,972.759.590
Stichtse vecht3.765.8553.823.79763.3493.878.01661,213.833.881
Utrecht25.673.38523.663.996316.16024.060.27076,1019.134.003
Utrechtse Heuvelrug3.280.8063.391.92348.2353.424.19170,992.919.182
Veenendaal2.476.6662.512.90062.8502.549.98540,573.803.682
Vianen 1.074.3311.091.22519.6511.103.87356,171.189.278
Wijk bij Duurstede1.362.4821.423.83423.0621.439.15062,401.395.712
Woerden2.467.9662.602.87350.0762.644.12652,803.030.599
Woudenberg722.080732.41312.032742.46961,71728.176
Zeist3.622.1793.672.34361.2383.726.96460,823.706.123

De gemeenten in het groen lijken er op vooruit te gaan,maar de gemeente Bunschoten staat in het rood dus mag bijbetalen. Fiks bijbetalen zelfs. In de begroting is er voor 2013 een bedrag geraamd van
991000,00 euro. Als met deze begroting ziet dan redden we het daar niet mee. Vanwaar dit verschil en vanwaar lijkt het volgens deze tabel dat we meer per inwoner moeten gaan betalen. Waar komt dit verschil vandaan en gaan we nu ook betalen voor de grotere gemeenten en welke verdeelsleutel hanteert men dan?
Weer voldoende vragen die gesteld kunnen worden in de komende commissie Bestuur en Middelen.